U bent hier
Het Goeie Leven
Over Het Goeie Leven lees of hoor je niet zoveel. Het wordt geapprecieerd en nooit gekraakt. Ik heb gekeken en ik begrijp waarom. Het Goeie Leven is een in de goede betekenis van het woord geitenwollensokken-programma van de zuiverste ongewassen scheerwol. Niemand kan iets hebben tegen geitenwol, maar er zijn weinigen die ermee weglopen, vanwege het specifieke aroma wellicht.
Ik begrijp niet dat één dit programmeert op dinsdagavond om 20.40 u. Dinsdag is geen topavond, maar twintig voor negen is wel prime-time. Het Goeie Leven is iets voor mensen met veel tijd en een heel brede belangstellingssfeer, iets voor een doordeweekse namiddag wanneer de geur van het oude tapijt ons weer terugvoert naar de woonkamer van de grootouders.
Er worden best wel wat interessante dingen verteld en getoond in Het Goeie Leven, daar niet van, het gaat over op natuurlijke wijze je eigen potje vullen en koken, maar het tempo ligt niet veel hoger dan het wassen van een aardappelplant. Onthaasting in zijn volle betekenis.
In de laatste aflevering ging het trouwens over patatten kweken. Zes duo’s verzamelen op een akker achter de abdij van Drongen, kweken daar op ecologisch verantwoorde wijze groenten en fruit, en gaan met de eigen oogst culinair aan de slag. Wie de mooiste groenten kweekt krijgt een riek als trofee, wie het beste kookt een vork. Er moet een wedstrijdelement bij zo denken, zeer ten onrechte, alle programmamakers vandaag, terwijl die flutcompetitietjes echt niet nodig zijn. Het programma wordt gepresenteerd door Wim Lybaert, een uit sappige Westvlaamse klei geboetseerde natuurmens, de vriendelijkheid zelve, authenticiteit te koop, voor de oostelijke provincies zijn er ondertitels. De deelnemers moesten dus aardappelen aan de grond proberen te onttrekken, nadat ze op hun eigen wijze een zelf gekozen beginsel ervan in de grond hadden gestoken.
Lybaert zegde ter inleiding enkele betwijfelbare historische wetenswaardigheden over de aardappel op. “De aardappel is ons basisvoedsel, maar dat is nog niet zo lang. We kennen de aardappel pas 250 jaar, en gedurende de eerste 200 jaar wisten we niet dat we de knollen moesten opeten, we aten het loof en dat is dodelijk giftig.” Een bevolking die gedurende 2 eeuwen dodelijke bladeren eet zou zo’n periode nooit overleven, dacht ik. Ik ben ouder dan vijftig en ik weet zeker dat wij destijds thuis de knollen aten, het loof kwam nooit op tafel. “De Aardappeleters” van Vincent van Gogh is een prachtig werk dat 130 jaar geleden werd geborsteld. Mijn nieuwsgierigheid was geprikkeld. Effe googelen, het ging tenslotte over ons basisvoedsel. Spanjaarden brachten blijkbaar al in 1536 voor het eerst aardappelen uit Zuid-Amerika naar Europa, en in de 17de eeuw stonden ze hier overal op het menu. Vierhonderd jaar geleden. ’t Is niet omdat een en ander zich in de vrije natuur afspeelt dat de geschiedenis haar rechten niet heeft. Postbode Paul, door Lybaert een oermoestuinier genoemd, won de prijs voor beste aardappelkweker. “Dat ne patat ne mens zo blij kan maken” reageerde hij, mijns inziens volkomen terecht. Daarna ontaardde Het Goeie Leven in een kookprogramma stijl Komen Eten, maar dan zonder conserven. Kookprogramma’s daar zitten we niet echt meer op te wachten, ook niet wanneer Sergio Herman als gelegenheidsjury komt opdraven. De ondertitels kwamen wel extra van pas.